‘Als mensen aan mij vragen waarom ik mijn vak zo leuk vind, is één van de dingen die ik aangeef dat mijn werk zo veelzijdig en afwisselend is. Soms ben ik mij hier niet helemaal van bewust en ga ik op in de waan van de dag. Voordat ik deze blog ging schrijven, zat ik te denken: wat heb ik de afgelopen weken meegemaakt?
Vorige week vroeg een verpleegkundig specialist of ik wilde helpen met het vervangen van een vaginale ring bij een patiënt van haar. Ik legde haar uit hoe ze dat het beste kon doen en liet ik het zien bij haar patiënt. De volgende keer gaat deze verpleegkundig specialist dit zelf doen en kijk ik nog een keer mee.
Deze week startte ik met een paar gedragsvisites. Dat zijn visites waarbij we op de afdeling voor mensen met dementie het gedrag bespreken. De psycholoog sluit hier ook bij aan en soms ook onze logopedist of ergotherapeut. Wij proberen daarbij het gedrag van mensen met dementie te begrijpen. Als iemand bijvoorbeeld veel roept; waar komt dat dan door? Krijgt diegenen te weinig prikkels? Voelt iemand zich eenzaam? Is iemand bang? Heeft iemand pijn? Als wij de oorzaak kunnen achterhalen, kunnen we ook gericht een behandeling starten. En dit kan van alles zijn: van een andere benadering, tot een zwaartedeken of op een andere manier communiceren. Soms is er ondersteuning van medicatie nodig. Lekker puzzelen dus.
Dinsdagmiddag had ik onverwachts een uurtje extra ruimte. Ik ben nu praktijkopleider van een verpleegkundige in opleiding tot verpleegkundig specialist. Ze kreeg les over het bewegingsapparaat en wilde wat meer weten over anatomie. Dus hebben wij dat uurtje gevuld met een lesje anatomie. Daarbij had zij ook een aantal vragen die ik niet wist en die we samen hebben opgezocht. Zo leer ik ook wat van haar en houden wij elkaar scherp.
Later in de week heb ik samen met een aios een necrotomie verricht. Een bewoner had een wond waar dood weefsel in zat en daardoor kon de wondbehandeling zijn werk niet goed doen. De aios verwijderde voorzichtig met een scalpel het dode weefsel. We hoefden hiervoor niet de huid te verdoven: in het dode weefsel zitten geen werkende zenuwen meer, dus de patiënt voelde geen pijn. Nadat het dode weefsel was verwijderd, zagen we eindelijk goed de wondbodem en konden wij onze wondbehandeling hierop aanpassen.
En zo kan ik nog wel even doorgaan: van huidplekjes beoordelen tot terminale zorg en van een longontsteking behandelen tot gesprekken aangaan over wat voor iemand kwaliteit van leven is. Zo enorm divers, het verveelt nooit!’
Deze blog is geschreven door Eline Laro. Eline is Specialist Ouderengeneeskunde en werkt op een PG-afdeling en somatiekafdeling van Van Neynsel in ’s-Hertogenbosch en Vught.
Lees ook de andere blogs van Eline