Coschap Ouderengeneeskunde
Om de maand hebben wij in ons verpleeghuis een co-assistent van de Radboud universiteit in Nijmegen. Een mooie gelegenheid om deze toekomstige dokters kennis te laten maken met ons mooie vak. Ze draaien mee op de geriatrische revalidatie zorg en maken vanuit daar uitstapjes naar het hospice, de 1e lijn, de somatiek en de PG. Op deze manier proberen wij het vak in alle aspecten te laten zien.
Zo liep in februari Arianne Bouman met ons mee. Ik vroeg haar om iets over haar ervaringen tijdens het coschap op te schrijven. Hieronder volgt haar verhaal.
Metafoor voor de ouderengeneeskunde
Op een zeer regenachtige dag, een heel geschikte dag om er warmpjes bij te zitten in een verpleeghuis, geniet ik samen met drie specialisten ouderengeneeskunde van mijn lunch. Het is een van de eerste dagen van dit coschap, een coschap tussen de ouderen, om juist van hén te leren. Omdat de specialisten en ik elkaar nog maar net ontmoet hebben, gaat het gesprek over: ‘en Arianne, heb jij nog huisdieren?’
Jazeker, die hàd ik, een pony. Een oude lieve shetlander, in een weitje naast mijn huis kreeg hij de meest warme zorg die mogelijk is. Veel water, goede brokken, en dagelijks meerdere keren een, met liefde bereide, boterham met appelstroop en een laag medicatie. Voor chronische hoefbevangenheid. Mijn pony mocht dan wel kreupel zijn, maar ik geloofde dat hij nog heel gelukkig was. Hij met mij, maar vooral ik met hem.
Tot ik op een dag, ’s ochtends heel vroeg, de dierenpolitie aan de telefoon kreeg. Zij waren de middag ervoor, toen ik telefonisch niet te bereiken was, bij mijn pony geweest en hadden deze meteen in laten slapen, vanwege zijn hoefbevangenheid.
Een zucht van opluchting ontglipte mij; ik wist dat het moest gaan gebeuren, maar zelf durfde ik niet, wilde ik niet de beslissing maken voor hem. En nu het gebeurd was, was het goed.
Ik vind het bijzonder dat ik dit beschamend verhaal zomaar open op tafel leg voor een groep artsen die ik nog niet eens ken. Een van de artsen reageert met: ‘Zo joh, dat lijkt wel een metafoor voor de ouderengeneeskunde’. Niet echt begrijpend wat hij bedoelt, sluit ik mijn maaltijd af en begin ik aan mijn vier weken coschap.
Nu ik aan het eind gekomen ben van mijn coschap probeer ik te reflecteren op wat dit coschap mij gebracht heeft, én denk ik terug aan deze metafoor. En dan begrijp ik, dat ik bij de ouderengeneeskunde heb moeten leren hoe het is om de trukendoos los te laten, de pillen in de kast te laten liggen en te zeggen: ‘het is genoeg’. Soms ziet de patiënt het zelf in, een andere keer is het voor de patiënt een opluchting wanneer de dokter deze keuze maakt.
De beste zorg die bestaat, is die waarmee de patiënt blij en opgelucht is. Het was voor mij een nieuwe ervaring om dit bij de ouderengeneeskunde te zien. Misschien was ik zonder dit coschap een weliswaar liefhebbende dokter geweest, maar wel eentje die niet zou weten van stoppen met behandelen.
Coassistent Arianne Bouman en specialist ouderengeneeskunde Jan Visser