“Sorry dokter” fluistert ze met gebroken stem, wanneer ik bij haar kom zitten. Haar ogen staan dof, terwijl deze eerder met zoveel plezier de wereld in keken. Acht weken geleden werd ze opgenomen in het ziekenhuis met een herseninfarct. Een week later kwam zij bij ons voor revalidatie. Aanvankelijk herstelde ze goed en liep ze trots met haar rollator over de afdeling. Ze sprak over naar huis gaan en ze wilde weer gaan koken voor haar familie. Ze was afkomstig uit Indonesië en koken was haar lust en haar leven.
Twee weken later ging het ineens slechter. Het lopen werd moeizamer. Uit bed komen kostte meer energie. Ze ging steeds minder eten en drinken. We spraken met haar en haar familie over insturen en verder onderzoek. Maar terug naar het ziekenhuis of nog bloed prikken, nee, dat wilde ze absoluut niet meer. “Sorry dokter, maar het is goed zo” was haar antwoord. In de dagen die volgden ging zij geleidelijk aan verder achteruit. We spraken over het hospice, maar ze koos ervoor bij ons op de afdeling te blijven. Een paar dagen later is ze rustig overleden.
Trots
Vorige week kwam haar dochter nog langs op de afdeling. Ze vertelde over de uitvaart en dat haar zoon op de piano een lied had gespeeld voor zijn oma. Ze liet een foto zien van haar moeder en vertelde hoe trots ze was. Trots op de kracht die haar moeder nog had, ondanks haar gebroken lichaam en de energie die langzaam verdween. Ze prees zich gelukkig dat haar moeder nog afscheid had kunnen nemen van haar broers. Ze bedankte ons voor de goede zorgen.
Dankbaarheid
De dood hoort bij het leven en in ons vak is de dood nooit ver weg. Ik zal deze mevrouw niet snel vergeten, vanwege de excuses die ze maakte voor haar achteruitgang. De zorg die we haar hebben kunnen bieden rondom haar levenseinde is een boeiend en dankbaar onderdeel van ons beroep.
De dankbaarheid van de dochter deel ik graag met jullie in deze blog. Ik heb alleen nooit toestemming kunnen vragen aan mijn cliënte: “Sorry mevrouw”.
Deze blog is geschreven door Jan Vissers, aios ouderengeneeskunde.